Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
De hele buit
vreemd dat chaos
ineens rechte voren ploegt
in een al diepdoorgroefde werkelijkheid
waar alles krult
lange tenen en een staartje heeft
want daar krijgt leven juist de geest
het tandje hoger
is freewheelend afgezaagd
sky de limit ook al vele jaren achterhaald
maar in de vaart der volkeren
gaan we rücksichtslos vooruit
graaien wat je grijpen kunt de hele buit
De schuine kant van licht
ik dans langs
de schuine kant
van licht
dat gebroken is
door de eerste kou
in rijp en vorst
de lucht
strakt helder in
een ijzige noordooster
in tinteling
kleurt huid van
blauw naar rood
de wereld
in het wit
is scheppings groot
Geduld
ik vraag om geduld
in mijn leven
dat zo ongeduldig kan zijn
geduld om de stralen van
de zon te liefkozen
geduld om mijn lijden te dragen
geduld om lief te kunnen hebben
om beter te kunnen leven.
het leven doet zo zeer zonder geduld
met geduld doet het leven zoveel
minder pijn.
geduld om de boze mensen te verdragen.
en ze een plaats te geven in mijn hoofd
dat hoopt op de redding van de hele
wereld als we maar geduld hebben.
geduld is een mooie gave.
Na deze woeste vlagen
heb donkere wolken gepakt
maak de wereld kil en nat
met tal van sombere buien
nog kaatsen flinters licht
in zwarte plassen waar ik
spetterend doorheen wil raggen
om met nietsontziende golven
het pad te schonen van
eeuwig moe en altijd ongemak
opgelucht vlucht ik
na deze woeste vlagen met
sprankjes hoop de perspectieven in
voel energie geboren worden
en net als bij een nieuwe start
schijnt zon heel hoog zijn eerste regenboog
Het spel heet spelen
het spel heet spelen
daarmee leer je winnen
ruimte en richting bedwingen
onbevangen met een lach
kraaiend brabbel je
dat heb ik weer goed bedacht
er is geen verliezer
alleen een steeds proberen
andere invalshoeken onderzoeken
tot er ogen gaan steken
zij zich met elkaar gaan meten
wie er recht heeft op de macht
het speelse is verdwenen
resultaten worden nu verwacht
helaas alleen de winnaar lacht
Zelfredzaam
ik draai cirkels
zonder pijn
doelloos in gevangen zijn
kan niet eens ontsnappen
omdat niemand
mijn uitgestoken hand wil vatten
versleten is de tred
rond de molen van het leven
te veel stappen zijn er al gezet
iedereen heeft haast
is in stress onderweg
contacten worden zelden gelegd
heb gebroken met zinloos lopen
de cirkels naast mij neergelegd
zelfredzaam heb ik nu mijn eigen plek
Schering en inslag
ik heb tijd geweven
kwam mezelf tegen
zittend aan het spinnewiel
waar ik draden
spinrag uit het leven
tot garens vlocht
na het klaren zette ik
met schering en inslag
de patronen op
maar kwam stof tekort
borduurde voort over bestaan
liet de tijd zo door mijn vingers gaan
Legoblokken zonder thuis
de treden kraakten nog
hun eigen melodie
toen ik naar boven liep
het was geen lopen
maar ik sloop
in pure nostalgie
voelde hoe
het spinrag van de tijd
aan mijn handen bleef hangen
in de verste hoeken
rommelde het avontuur
schatten van het eerste uur
nog stond de kist
onder de gebarsten ruit
maar het uitzicht was verdwenen
in de polder
is de stad verschenen
als legoblokken zonder thuis
Krullen letters
ik schrijf met bloed
nog krullen letters
mijn laatste levensmoed
niet op geschept papier
maar een simpele a vier
de verhalen uit mijn leven
op de lijn bibbert de pijn
eist in felle uitschieters
steeds alert te zijn
nog is het te lezen
al vlekt het rood op de plaats
waar ik voor even ben gebleven
zal de ondertekening niet halen
maar de laatste woorden
kan ik gelukkig zelf bepalen
Een tintelfrisse frequentie
ineens krijgt leven de geest
uit een andere dimensie
voelt buitengewoon
op een tintelfrisse frequentie
geschoond dragen
takken en boom
hun gestalte wat grootser
vullen ruimte in ijlere lucht
wiekt een vlucht ganzen
hun v voor de wind
in het laatste rood
van de vallende avond
waar je droefgeestig
door duister verwacht
bruist de sfeer van vitaliteit
en vernieuwende kracht
Tot het tij keerde
ik schepte zand
maar het bleef niet kleven
in mijn hand
wilde details uit
het leven vorm geven
zij rulden weg op het strand
heb met de zee gesproken
zij heeft haar water vergoten
rijk aan herinnering
in een vloeiend decor
onder zon en wind
kreeg mijn visioen zijn gestalte
tot het tij keerde
de golven zich weerden
de creaties wisten van mijn hand
Zonder woorden
ik streel de steen
voel verbondenheid
raak zo mijn frustraties kwijt
het is geen monoloog
in zonder woorden samenspreken
heeft hij zijn warmte afgegeven
chinese muur of boeddha's buik
het maakt niet uit wij gaan voor
rust en tijdloze standvastigheid
De solo's voorbij
heb mijn vleugels gestrekt
ben tot de toppen gegaan
wist dat ik niet hoger kon
kende de verte
daalde langzaam in glijvlucht
keek af en toe achterom
maar de horizon wenkte
in het nieuwe verkennen
de solo's voorbij ook voor mij
Het lange lage licht
mijn schaduw
wilde intenser leven
heb hem wat meer licht gegeven
trad in het donker
nauwelijks naar voren
wilde mij daar privé niet storen
nog loopt hij gebogen
danst en springt van lieve lust
maar kijkt mij nooit in de ogen
de schemering is favoriet
in het lange lage licht
krult hij melancholiek
voor het duister ons versmelt
helpt hij mij nog even
eindelijk kom ik mezelf weer tegen
Een klein houten paneel
heb mezelf gezocht
in rijke kleuren op palet
maar vorm en harmonie
gingen in samenkomst teniet
met een speciale streek
van mes en penseel
kon het nooit treffend raken
altijd bleek er een te veel
heb mezelf gevonden
op een klein houten paneel
wat eenvoudige basiskleuren
een paar streken maakten het geheel
Las de eeuwen
de stenen
voelden warm aan
in hun teruggetrokken groeven
het metselwerk
was half vergaan
maar de muur is blijven staan
ik zag
woorden van de tijd
in overleven opgeschreven
raakte aan
emoties van het
vroegere in herbeleven
las de eeuwen
uit het boek dat
generatieslang is bijgehouden
ben een geworden met
getrouwen vanaf het moment
dat zij de muren bouwden
Had mijn bodem lief
ik aardde diep
in vele generaties
had mijn bodem lief
het weidse land
onder de hoge lucht
stond altijd borg voor rust
nu scheurt de grond
trillen lagen in verzet
fundamenten zijn onthecht
mijn wortels
zijn gespleten
de toekomst is vergeten
het was geen menselijk falen
dat de grond zou dalen
maar een bewust genomen gok
als zij dit niet gaan stoppen
gaat groningen naar de knoppen
maakt het aardgas ons kapot
Het scherven pad
het is breukenoorlog
op het scherven pad
jonge planologen
hebben het helemaal gehad
ieder zit met lijm en kwast
zijn perspectief te herwaarderen
het licht vliegt alle kanten op
is niet meer te repareren
de wereld van hiernaast
is aan diggelen gegaan
transparantie was de kracht
die hemel dichter bij de aarde bracht
de poort blijft dus van hout
luchtkastelen zijn vervlogen
weer buigen planologen zich
over de scherven die wij erven
Gretige kijkers
altijd trekt vuur
gretige kijkers
strakken banieren
schouders en borst
spannen verwachtingen
een ademloos volgen
heffen mensen
hun vuisten vol trots
weer klinkt opstandig
het protest van de tijd
scanderen van woorden
verenigt gevaarlijke massaliteit
hysterie loert
in verval van de normen
het gevreesd populisme
gooit olie op de al brandende strijd
Vastgeroest in denken
in haar oude huid
ligt ze
vastgeroest
in denken
aan vroeger
toen jonge huid
werd begeerd
ze kon niet
vergeten
noch vergeven
ze maakt
van iedere
eenzame nacht
vroeger
haar huid, nu
rimpelig
en oud
ergens klopte
dat niet
vond zij