Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Leg hun vleugels af
ik weet
dat mijn dromen
vleugels hebben
vaak in
vervaarlijke scheervlucht
langs de werkelijkheid gaan
maar eenmaal geland
zien ze jou altijd in
paradijselijke glorie staan
met een lach op de
knipperende landingsbaan
ogen die van alles beloven
je naar binnen loodsen
in de zoete wereld
van weer samen mogen zijn
je kijkt me aan en zegt
de tijd van dromen is voorbij
leg hun vleugels af en blijf bij mij
Vluchtig als een droom
ik heb de prullen geraapt
van verdwaalde woorden
een kleine schets gemaakt
vervlogen ideeën
een bewogen lach in een
nacht die geen einde had
wat snuisterrijen
en bling bling om
alles even op te pimpen
de diepgang van een kind
in een volwassen wereld
met oppervlakkige dingen
het vlaagje wind dat
de dode vogel beweegt
alsof hij nog de geest niet geeft
prullaria is opgeruimd
vloer geschoond en de schets
is even vluchtig als een droom
Niemand zijn
ik deel warmte
aandacht en attenties
maar krijg geen
bevestigende blik
wel ogen die
niets anders zien
dan lege vertes slechts
gefocust op het eigen ik
hun lente is geweest
het grote feest van zomer
heeft de geest gegeven in
de herfst van het virtuele leven
nog maar 50 tinten grijs
voordat wit zal overheersen
in gelijk zijn aan elkaar
niemand zijn is dan niet raar
Om er even te wonen
ik heb stenen
letters gebakken
woorden gemetseld
tot zinnen en met
strofen muren en dak
mijn gedicht lijkt af
niet iedereen weet
plaats en bestemming
het pad naar de deur
die altijd open staat
voor allen die komen
om er even te wonen
in het huis bepaalt
ieder zijn kleuren
richt kamers in naar
voorkeur en smaak
mijn thuis is dit gedicht
ik verwelkom ieder gezicht
Geheime franjes
ik spin garen
met mijn tijd
weef patronen
in seizoenen
keurig naar
de werkelijkheid
bekleed de
maatschappij in
standaard kleuren
extra modisch
geeft meer
kans op averij
toch heb ik thuis
geheime franjes
spat ik uit
in liefhebberij
helaas niet in oranje
die tijden zijn voorbij
Een ronde dood
ik heb de cirkel
duizend maal gerond
nooit vond ik begin en eind
speelde strelend
met het oppervlak
op zoek naar de hoek
keek er langs
maar begreep niet
dat rond eindeloos was
tot ik de lijnen van
de weidse polder zag
rechte sloten en het gras
maar aan de horizon
die nauw de aard omsloot
kromde recht een ronde dood
Schaduw rondde al
nooit wilde ik buigen
maar schaduw rondde al
onder de last mijn schouders
ik die altijd
hoog op tornde
tegen de strakste wind
elementen trotseerde
met fier geheven hoofd
in de trots van mijn jaren
ben verstrikt geraakt
op stikken na sterft de tijd die
mijn bestaan nog mogelijk maakt
Spreuken
nooit vergaat de liefde
helemaal
als we blijven geloven
zal de heer ons zijn liefde
geven
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
het is de laatste tijd
spoedig zullen we op de nieuwe
wereld wonen
wat een rijkdom zal het zijn
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
ziekten kunnen ons pijn doen
vooral geestelijke ziekten
die laten ons in een donkere
wereldleven
hoe graag willen wij in het licht
leven
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
hoe graag verlang ik niet naar
een huis met een rustige omgeving
waar ik nu woon is het te druk
en word ik steeds zieker
maar ik weet dat het eens goed
komt
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
veel mensen zijn er op de wereld
sterke en zwakke mensen
de sterken zijn schuldig de zwakken
te dragen
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
jouw liefdesstem fluistert zacht
in mijn oren
zo lieflijk, zo teer, zo zachtmoedig
op jouw stem ben ik helemaal
verliefd lieveling
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
trouw, liefde, zachtmoedigheid,
tederheid, daar verlang ik naar
lieverd, jij kunt me dat geven
laat me niet langer alleen.
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
de kinderen die wij hebben
gekregen
brengen ons veel liefde
ons verdriet kussen ze weg
-o-o-o-o-o-o=o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-
Mat gepolijst
het steen lijkt
de beitel te ontwijken
als ik een stukje dwars
voorzichtig wil splijten
meegaand heb ik
zijn structuren gepolst
aders en lijnen gevolgd
in subtiele verfijning
mat gepolijst
met de glans van
bloed zweet en tranen
ademt schoonheid je schaduw
vol karakter sta je daar
bevallig en profiel
maar met je stukje dwars
ben ik nog lang niet klaar
Het schermpje en ik
de brood en spelen carrousel
draait weer op volle toeren
omdat leegloop en verveling
op alle hoeken staan te loeren
het massaal vermaak
heeft platvloerse attitudes
rivaliteit en bendevorming
hebben het helemaal gemaakt
waar geld en macht victorie kraaien
is er het gewetenloze graaien
spelen voor de eer halen zij neer
op hun eindeloze weg naar meer
samen zijn is maar een eng begrip
er is alleen het schermpje en ik
mijn likes kan ik ondertussen wel dromen
er is nog niemand live naar mij toe gekomen
Heel subtiel
ik heb wit gebroken
tal van pigmenten
tot leven gewekt
mijn verf heeft
met linnen gesproken
samen iets nieuws opgezet
door vloeien kunnen
kleuren weer groeien
in een natuurlijk verloop
geen kwast dirigeert
de harmonie van bewegen
het mes is terzijde gelegd
vrijheid in componeren
heeft heel subtiel de toon
voor mijn ziel weer gezet
Het vileine geel
in jouw bloedrood
zullen hanen kraaien
het vileine geel
waarmee je stilte schijnt
is voor even verleden tijd
ik voelde je krachten
zag hoe licht verschoof
van geel naar rood
zich spreidde en jou
oplichtte in duister blauw
jij kon niet meer
de spiegel zijn van
het nachtelijk vergeten
waarop jij eonen lang in
koele rust hebt neergekeken
pas als de nacht
zal stokken en de zon
ter kimme stijgt geef jij
de vage kleur weer prijs
die altijd aan de hemel prijkt
Ons eigen paradijs
blikken zijn veranderd
ogen lichten op in schermblauw
zien gauw een stukje wereld
verdwijnen weer in virtuele kou
open zicht is een
zeldzaam fenomeen geworden
vreemd het kijken naar elkaar
geen klikjes toch een paar
het voelt als een gemis
naakt omdat er geen verbinding is
zonder kudde lijkt het kil en leeg
omdat niemand je een like-je geeft
nog piepen alle apps
trilt en zoemt het apparaat
vraagt aandacht om er bij te horen
maar jij en ik zijn aan de praat
om eindelijk terug te keren
naar het werkelijk bestaan
zonder dwang en eis weer te
gaan werken aan ons eigen paradijs
De groten gelezen
ik heb er jarenlang op
gejaagd en ieder gevraagd
naar het geheim van leven
de groten gelezen
maar hun exegeses konden mij
geen antwoorden geven
geploeterd en geliefd
hoe diep ik ook groef
aanwijzingen kwamen er niet
tot ik begon met
het loslaten van zaken
toen kon ik vorderingen maken
het werd transparant
in het voorzichtig
naderen van de overkant
ik ken nu eindelijk
het geheim van leven
alleen dood kon me dat geven
Onder oplichtend wit
ik voel aan strand
de warme energie van
het collectief geheugen
in grijsblauw doorzichtig
schilderen golven ons leven
onder oplichtend wit
zij kabbelen gedachten
fluisteren woorden uit
de boeken van bestaan
alles is opgeslagen in
minuscule flintertjes zand
glijdend door de losse hand
zacht draagt wind
de refreinen van ieders lied
het eeuwig nirwana vergeet jou niet
Spielerei en gekte
we draven door
en graven weer
naar de geschiedenis
van het authentiek detail
in de cirkel der historie
is dat altijd het geval
als wij in een stijlloos
vacuüm zijn beland
de mens grijpt terug
naar schoonheid uit
verleden tijd omdat heden
zonder inspiratie blijft
ook muziek en schilderkunst
borduren voort op
vroegere patronen maar
vernieuwing wil niet komen
chaos schrijft in gedichtenland
omdat ieder alles van poëzie
denkt te weten zijn slechts
spielerei en gekte overgebleven
Kittig hoog klikken hakken
verleidelijk winkelt de straat
dringt ongemerkt haar kleuren op
aan argeloze passanten
warm vertellen geuren op
delicate wijze hoe laat het is
nodigen uit tot een kleine dis
maar niet nadien etalages
hun snuisterijen hebben getoond
appellerend aan de smaak van de koper
verlokkelijk is bling bling
dat opgepoetst straalt
en artistiek fraai is uitgelicht
kittig hoog klikken hakken
het wachten is passioneel amicaal
met de vrolijke taal van witte wijn
zachte muziek schildert
in speelse tonen een achtergrond
van beleven en uitgekomen dromen
In confrontatie
ik heb het landschap uitvergroot
groen in duizend tinten
op maagdelijk linnen gladgestreken
maar aan pigmenten kleefde dood
wilde het vitale en de
oerkracht van de zee weergeven
golven vangen in hun schuimig grijs
zelfs geen waterspat bleef hangen
zag de storm schimmig jagen
voelde uit donkere wolken regen vlagen
striemend pal in mijn gezicht
het woest natuurgeweld heb ik gemist
ik zoek altijd naar extremen
om weer te voelen dat ik echt besta
niet de zachtheid van het meebewegen
maar in confrontatie met waar ik voor ga
Lachte geluk
hij speelde met blokjes
in alle vormen en kleur
stapelde langzaam tot bouwen
in tijdloze aandacht
lachte geluk voelde hij
warmte en vertrouwen
toen kwam het kind
speelde met wind
danste op hoge voeten
haar open gezicht
bleek en wat sproeten
groette hem stil
in voorzichtig kijken
begrepen zij beiden
dat ieder anders was
speelde op eigen wijze
samen en toch apart
dat echt delen voor later was
Terwijl storm bossen rooit
weer laat de natuur zijn
vleugels vieren om de ondraaglijke
saaiheid van het leven te versieren
de rivieren zijn geknecht
hun speels meanderende bochten
afgesneden en weer recht gelegd
maar een stortvloed zal
de vele dijken doen bezwijken
water zal zijn overloop weer krijgen
hagel gaat de oogsten stenigen
terwijl storm bossen rooit en
een regenboog de heuvels glooit
kom maar heldere zon
en brandt het laatste tere blad
in de verstuiving tot woestijnen
nog zijn het slechts details
maar de eerste tekenen zijn er al
saaiheid brengt het leven in verval