Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
De mise en scene trein
jouw blik
ziet in onderscheid
beweging uit
stilstand komen
nog voor dromen
in wakker
worden tot
realiteiten
gaan behoren
jouw donkere
ogen hebben via
jouw brein
dat fotografisch
vermogen in
opslaan van data
verschillen aan
te geven in
stilstaan en leven
waar de
acties zijn focus
jij onmiddelijk
lichten je
kijkers op in
verwondering
springen lichaam en
ziel meteen op de
mise en scene trein
Verre luchten
ik lachte
betrapte mij
er op dat ik de
verre luchten
dichterbij wenste
alsof god in
het diepst van
zijn gedachten
mij zijn handen
ooit zou schenken
toch voelde ik
het bestaan dicht
om mij heen ik was
niet alleen in de mij
toegenegen straling
nooit is er het
begrip om weer
met dieren samen te
kunnen praten of van
vogels vliegen te leren
met bomen te
converseren en uit
hun overleveringen
de belangrijkste
levenslessen te leren
Op de grens
jij was
op de grens van
altijd open
waar gesloten
stond was voor jou
verboden grond
geen basis om
te stralen of
energie te halen
er moest een
keuze zijn en
niet alleen venijn
als vrijheid
ingeperkt wordt is er
menselijkheid gestolen
een stukje
persoonlijkheid gejat
dat van onszelf was
zo worden wij
tekort gedaan in
leven en bestaan
Onze aura's
het lichten
van je ogen
kleurde met
een zacht
stemgeluid de
sfeer die wij
wilden horen
die uit
ons samenzijn
is geboren
door genetische
voorbereidingen van
vele geslachten en
generaties gedachten
in jou sprankelt
magie waarvan
wij op bijzondere
wijze ook de
exponenten zijn
omdat jouw energie
onze aura's versterken
Echoot tijd
je lach waait
keuzes weg
die al dan niet
terecht op
je pad zijn
gekomen met
je mee lopen
en dromen
ze vangen met
beelden je ogen
showen werkelijkheid
zonder te worden
bedrogen maar in
de verte echoot
tijd het lied van
voorzichtigheid
nog zijn de
woorden niet
te verstaan maar
tonen geven al
spanningen aan die
in naderbij komen
zullen gaan strijden
met dromen
nog geeft jouw
lach de verbinding
aan van alles wat
kan en mag binnen
redelijke grenzen
met als middelpunt
aandacht voor leven
en welzijn van mensen
In strak staccato
het was of ik
het zwart bruine
rotsblok hoorde
spreken in het
aanwakkeren van
een ijskoude wind
er werd ons
geen uitzicht op
warmte gegeven
in het donker
ogende gat dat
als opening sprak
in strak
staccato geselde
wind het gesteente
waar de vegetatie
het liet afweten zonder
enige vorm van houvast
nog sluipen
restanten over de
bodem naar buiten
in de hoop dat licht
ook hun leven weer
enige glans zal geven
Handlijnkunde
ik heb in je hand en
pols lijnen zien lopen
van alle sterrenbeelden
in een niet te lezen
schrift zonder enige uitleg
in zachte rimpeling
volgen zij huid en
gewrichten ronden
en kruisen elkaar
op tal van manieren
het lijkt alsof de
schepper de
belangrijkste delen
van ons gezondheids
dossier te kijk heeft gezet
waar kleine wetenschappen
zich verwant voelen met
het menselijk bestaan zo is
het de handlijnkunde in de
loop der jaren ook vergaan
te midden van alchemie
en andere vaag duistere
disciplines heeft deze
beroepsgroep een goede
boterham kunnen verdienen
Steelse vogels
ze schaduwden mij
als donkere vlek
een paar steelse
vogels nog maar
net vrij van hun nest
geen driftig
en schichtig op
en neer gevlieg
maar eindelijk een
weer volwassen wiek
ik zag heerlijk
alerte koppies
oogjes gefocust
op een tweede huis
de bruidsluier als thuis
nog is er vaag een
empty nest syndroom
activiteiten zijn vaak niet
beter te duiden dan ergens
klokken horen luiden
zij heeft de toekomst
ingezet met wat zachts
voor bed en nest en hij
doet braaf constructiewerk
tot haar paal en perk
De verre abdij
ik hoorde
het klokje van
de verre abdij
zag muren in
warmte trillen
tegen het silhouet
van de toren nabij
goud golfde
koren onder
een warme wind
eindeloze zomers
zijn hier geboren
waar koeien vloeiend
hun rust herkauwen
het vogel concert
nadert zijn einde
monniken gaan
in stiltegebed
hun brevier kent de
regels gesprekken
worden stilgelegd
Verloren bestaan
heb weer
eens lekker
achterom
gekeken en ben
niet afgegleden
maar het niveau
waar ik toen
op stond
daarvoor
heb ik teveel
geleden in
de tijden dat
het goud in de
morgenstond
voor een nieuwe
dag uitbundig blonk
door afzien
en wegkijken
het nooit meer
willen horen bij
al die gedrogeerde
lijken zonder sprankjes
eigen wil in de kill
je zelf mentaliteit
nog bloedden
herinneringen
aan stukjes leven
in nevels van
verloren bestaan
in denken dat dit
de wereld was
is het fout gegaan
Sneller dan licht
lief lachten
de demonen terug
ze spiegelde vaak
en als zij vervelend
werden toonde
zij hen de rug
zij was gewend de
stemmingsbeelden
te bekijken voordat
een meerderheid van
vormen op herkenning
begonnen te lijken
dan zweemde rest
heel traagjes
naar normaal
was aanspreekbaar
waren reacties
volkomen legaal
een leven lang
was zij gedislokeerd
ervaarde alles op
een eiland en dacht
dat anderen in dezelfde
streaming leefden
in de rij
deskundigen
sprak niemand
meer dezelfde taal
een bevrijdende diagnose
is nooit achterhaald
pogingen om de
spiegel sneller te
maken hebben zij
helaas moeten staken
voor sneller dan licht
is ook tijd nooit gezwicht
Mijn draaiboek
ik was blij
met mijn gezicht
het was een
warm en blij licht
als ik in de
spiegel keek
ogen die
sprankelden
en een lach
die schoonheid
in samengaan
verankerde
toch ging het
dramatisch
mis in een niet
van tevoren
aangekondigd
ogenblik
mijn draaiboek
miste wat luttele
seconden voordat
ik mij had hervonden
na een kleine
fysieke test
de voorhoofdsbuil
en het nog niet
goed te traceren
blauw maakte zijn
opwachting in een
ongekend snel gauw
mijn aangezicht
is geschonden
maar het corona
mondkapje heeft het
bijna onzichtbaar
keurig verbonden
De laatste lentebloemen
ik zag je de laatste
lentebloemen plukken
uit de zomerwei
volle pluizenbollen
blies je nog leeg in
een lange ademtocht
toch speelden er
vleugjes nostalgie in
de lach die je achterliet
hoe koude wind de
bloei vertraagde en er nog
een schitterend palet van maakte
waar veilig geborgen
de knoppen voor de zomer
zich klaar maakten zonder zorgen
een schraalheid die
schatkamer bleek voor ontluiken
van een feeërieke pigmentenreeks
tot koesterende warmte
het kaf van het koren gaat
scheiden in hoogzomerse tijden
Vol fragmentatie
jij zag het
gebeuren
hoe mensen
zachte geuren
kapot scheurden
om hun kleuren
juist daar
waar niet weten
geen kwestie is
van vergeten
maar een gebrek
aan verbondenheid
er is geen
uitgewogen pakket
dat als wijzer de
maatschappelijke
blauwdruk kan volgen
of duidelijk zal uitlijnen
wij leveren
geen fijnheid
van zinnen maar
abstraheren alle
emoties van het
bestaan om ons heen
zelfs ervaren
wordt een gevoel
vol fragmentatie zo
dat perspectief alleen
de lengte krijgt van
totale eenzaamheid
De claim grijzer
ook hij is ooit
jong geweest
kan zich zijn
eerste feest
nog heugen van
dat hij neerstreek en
mocht blijven liggen
zijn stofjes waren
een eerst verschijnen
van zijn geest
die in vele jaren
volgens een subtiel
aanwezig zijn er altijd
al blijkt te zijn geweest
wij zijn in de loop van
het leven steeds meer
drager geworden
van onafscheidbaar
goed zichtbaarder
verbonden omdat de
claim grijzer wordt
waar stilte
langzaam spinrag
laat zien en de
webben niet meer
worden geschoond
lijkt tijd de grote
winnaar van de dood
Niemandsland
ik warm me
altijd als ik het
vuur in je ogen
zie branden en
kleine vlammetjes
opkomend uit de
rood smeulende gloed
hun dansjes maken
dan even rust
weer oplaaiend tot
hun brandstofhonger
eindelijk is gesust
soms gaat het fout
dan knettert en sist
venijn het gebrek
aan voedingskwaliteit
loeien grotere tongen
sproeien vonkenregens
ongecontroleerde hitte
tot de spikkels stikken
in het verboden
niemandsland omdat
heden en verleden in
doven niet hetzelfde beloven
Val- en slangenkuilen
nee zelf vliegen
kun je nog niet
maar toch
begeester je
wel het universum
met je netwerk
het fysiek gaan
heeft nooit jouw
interesse gehad
wel de influens in
al haar verleidelijke
val- en slangenkuilen
waar verborgen
verleiders de
geheime manuscripten
hebben verzameld
die de zwakheden van de
mens hebben blootgelegd
genadeloos toetsen
zij iedere dag het
afnemen van krachten
wachten op het
komend breken desnoods
met lange zwepen
variëren met kleur
en geur de acceptatie
van de consument
op zijn meest kwetsbare
moment want jullie
bespelen de knoppen
Toen jij verdwaalde
ik zag hoe
open ramen
naar jou lachten
toen jij verdwaalde
in het plezier van
de heel vaak
uitgestorven straat
zij knipoogden
tegen de zon
die jou een warm
welkom bereidde
met het zelf
gekozen alleen in
straten van steen
zelfs de
voordeuren
tochtten in
allerlei luchten de
specifieke geuren
van het levend huis
zonder bewoners thuis
muren spraken vanuit
structureel gelid het
gewone natuursteens
soms in het wit van
net even anders
in de belangrijke frames
bij parkeren en markeren
geen uitgebreide
wereldverhalen
van passanten
maar wel hun
tijdloos bestaan
met voeten getekend
in eeuwenlang gaan
Neuzen in de wind
jij was niet
echt het typje
van de neuzen
in de wind
gewoon een
lief en aardig kind
tot je tenen iets
sneller groeiden
dan normaal
en jij ze vaker
stootten met pijn
aan veel omhaal
jij verliet de wereld
in je eigen keus
had met anderen
wat minder te maken
ze konden je gelukkig
ook nauwelijks raken
je blik keek
verder dan je
ogen zagen jij
hoefde niet meer
alle frustraties van
iedereen te dragen
toch was je niet
content met hoe jij in
de wereld stond en hebt
al snel je levenscirkel
zo gerond met plaats
voor alle tenen op de grond
Gerafeld half garen
jij had geen kist
om je mooiste
poppen in te
bewaren jij hield
niet zo van
wolletjes en bolletjes
in gerafeld half garen
jij was als
extravert gericht
op mensen in hun
noden en wensen
juist in contact deelde
jij aandacht liepen
jullie samen het pad
toch was er ook
stilte die soms
indringend aandacht
vroeg die je niet weg
kon filosoferen hoe
je eigen hart het ook
tevergeefs probeerde
dan zat je toch met
in je handen het
verdwaald knuffelbeest
waar je de stress
nog uit kon knijpen
omdat die nooit de
geest had gegeven
zacht strijk jij
de plooien glad
legt hem terug
weer in de kast
waar hij in tijd van
nood voor even
uitkomen mag