Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Een huis zonder wind
ik wil mee
ontsnappen uit
kilheid en regen
mee met de wind
gedragen worden
door vlagen
los van de aarde
genietend als kind
zorgeloos
in verwondering
voor wat komen gaat
en dat wat je achterlaat
maar ik weet
dat ik droom
droom als een kind
in een huis zonder wind
Duizend en een nachten
duizend en een nachten
langdurige passies
hebben haar leven
gevuld
zij omarmde ze
wolken parfum
zacht,
subtiel
hingen altijd om
haar heen
mysterieus
lippen dorstig
vonden uiteindelijk
dauwdruppels
in de dageraad
onze liefde blijft een
sprookje
door eeuwen heen
zou zij stellig
beweren.
Vol schitterende creaties
maagdelijk wit
ligt onbegrensd
uitgespreid
ingetekend
raakt zij
aan de eeuwigheid
de inspiratiebron
welt letters in een
eindeloze variatie
woorden
deinen langs oevers
vol schitterende creaties
ik teken kleur
voel hoe feniks
gaat ontsnappen
als gedicht
ziet hij in volle vrijheid
het nieuw geboren licht
Van straat naar plein
zacht fluisteren
huizen de woorden
van hun bewoners
opgeslagen
achter raam en deur
mêleren zij hun eigen geur
ontsnappen in vlagen
die door wind van straat
naar plein worden gedragen
waar werk en verkeer
de echte stemmen zingen
in het koor van de grote stad
Het hotel
de brede trap
waarin hun
voeten verzonken
in diepe tapijten
zij giechelde
onwennig
de reusachtige kamer
was ( te ) mooi
zij wilden gelijk in bad
maakte de spiegels
verlegen
het stromende water
smoorde intieme geluiden
cupido die stiekem om
het hoekje had gekeken
trok zich zacht terug
De hele buit
vreemd dat chaos
ineens rechte voren ploegt
in een al diepdoorgroefde werkelijkheid
waar alles krult
lange tenen en een staartje heeft
want daar krijgt leven juist de geest
het tandje hoger
is freewheelend afgezaagd
sky de limit ook al vele jaren achterhaald
maar in de vaart der volkeren
gaan we rücksichtslos vooruit
graaien wat je grijpen kunt de hele buit
De schuine kant van licht
ik dans langs
de schuine kant
van licht
dat gebroken is
door de eerste kou
in rijp en vorst
de lucht
strakt helder in
een ijzige noordooster
in tinteling
kleurt huid van
blauw naar rood
de wereld
in het wit
is scheppings groot
Geduld
ik vraag om geduld
in mijn leven
dat zo ongeduldig kan zijn
geduld om de stralen van
de zon te liefkozen
geduld om mijn lijden te dragen
geduld om lief te kunnen hebben
om beter te kunnen leven.
het leven doet zo zeer zonder geduld
met geduld doet het leven zoveel
minder pijn.
geduld om de boze mensen te verdragen.
en ze een plaats te geven in mijn hoofd
dat hoopt op de redding van de hele
wereld als we maar geduld hebben.
geduld is een mooie gave.
Na deze woeste vlagen
heb donkere wolken gepakt
maak de wereld kil en nat
met tal van sombere buien
nog kaatsen flinters licht
in zwarte plassen waar ik
spetterend doorheen wil raggen
om met nietsontziende golven
het pad te schonen van
eeuwig moe en altijd ongemak
opgelucht vlucht ik
na deze woeste vlagen met
sprankjes hoop de perspectieven in
voel energie geboren worden
en net als bij een nieuwe start
schijnt zon heel hoog zijn eerste regenboog
Het spel heet spelen
het spel heet spelen
daarmee leer je winnen
ruimte en richting bedwingen
onbevangen met een lach
kraaiend brabbel je
dat heb ik weer goed bedacht
er is geen verliezer
alleen een steeds proberen
andere invalshoeken onderzoeken
tot er ogen gaan steken
zij zich met elkaar gaan meten
wie er recht heeft op de macht
het speelse is verdwenen
resultaten worden nu verwacht
helaas alleen de winnaar lacht
Zelfredzaam
ik draai cirkels
zonder pijn
doelloos in gevangen zijn
kan niet eens ontsnappen
omdat niemand
mijn uitgestoken hand wil vatten
versleten is de tred
rond de molen van het leven
te veel stappen zijn er al gezet
iedereen heeft haast
is in stress onderweg
contacten worden zelden gelegd
heb gebroken met zinloos lopen
de cirkels naast mij neergelegd
zelfredzaam heb ik nu mijn eigen plek
Schering en inslag
ik heb tijd geweven
kwam mezelf tegen
zittend aan het spinnewiel
waar ik draden
spinrag uit het leven
tot garens vlocht
na het klaren zette ik
met schering en inslag
de patronen op
maar kwam stof tekort
borduurde voort over bestaan
liet de tijd zo door mijn vingers gaan
Legoblokken zonder thuis
de treden kraakten nog
hun eigen melodie
toen ik naar boven liep
het was geen lopen
maar ik sloop
in pure nostalgie
voelde hoe
het spinrag van de tijd
aan mijn handen bleef hangen
in de verste hoeken
rommelde het avontuur
schatten van het eerste uur
nog stond de kist
onder de gebarsten ruit
maar het uitzicht was verdwenen
in de polder
is de stad verschenen
als legoblokken zonder thuis
Krullen letters
ik schrijf met bloed
nog krullen letters
mijn laatste levensmoed
niet op geschept papier
maar een simpele a vier
de verhalen uit mijn leven
op de lijn bibbert de pijn
eist in felle uitschieters
steeds alert te zijn
nog is het te lezen
al vlekt het rood op de plaats
waar ik voor even ben gebleven
zal de ondertekening niet halen
maar de laatste woorden
kan ik gelukkig zelf bepalen
Een tintelfrisse frequentie
ineens krijgt leven de geest
uit een andere dimensie
voelt buitengewoon
op een tintelfrisse frequentie
geschoond dragen
takken en boom
hun gestalte wat grootser
vullen ruimte in ijlere lucht
wiekt een vlucht ganzen
hun v voor de wind
in het laatste rood
van de vallende avond
waar je droefgeestig
door duister verwacht
bruist de sfeer van vitaliteit
en vernieuwende kracht
Tot het tij keerde
ik schepte zand
maar het bleef niet kleven
in mijn hand
wilde details uit
het leven vorm geven
zij rulden weg op het strand
heb met de zee gesproken
zij heeft haar water vergoten
rijk aan herinnering
in een vloeiend decor
onder zon en wind
kreeg mijn visioen zijn gestalte
tot het tij keerde
de golven zich weerden
de creaties wisten van mijn hand
Zonder woorden
ik streel de steen
voel verbondenheid
raak zo mijn frustraties kwijt
het is geen monoloog
in zonder woorden samenspreken
heeft hij zijn warmte afgegeven
chinese muur of boeddha's buik
het maakt niet uit wij gaan voor
rust en tijdloze standvastigheid
De solo's voorbij
heb mijn vleugels gestrekt
ben tot de toppen gegaan
wist dat ik niet hoger kon
kende de verte
daalde langzaam in glijvlucht
keek af en toe achterom
maar de horizon wenkte
in het nieuwe verkennen
de solo's voorbij ook voor mij
Het lange lage licht
mijn schaduw
wilde intenser leven
heb hem wat meer licht gegeven
trad in het donker
nauwelijks naar voren
wilde mij daar privé niet storen
nog loopt hij gebogen
danst en springt van lieve lust
maar kijkt mij nooit in de ogen
de schemering is favoriet
in het lange lage licht
krult hij melancholiek
voor het duister ons versmelt
helpt hij mij nog even
eindelijk kom ik mezelf weer tegen
Een klein houten paneel
heb mezelf gezocht
in rijke kleuren op palet
maar vorm en harmonie
gingen in samenkomst teniet
met een speciale streek
van mes en penseel
kon het nooit treffend raken
altijd bleek er een te veel
heb mezelf gevonden
op een klein houten paneel
wat eenvoudige basiskleuren
een paar streken maakten het geheel