Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Leven en de eeuwigheid
ik wil
de speelsheid
van de golven
maar ook
een spiegelgladde zee
in een tijdloze zonsondergang
wil in je ogen
de zinnen zien die
in je hand te lezen zijn
de diepte weten
van gevoelens naast
het oppervlakkige van gein
wil bij je zijn
in leven en de eeuwigheid
wie weet hoe lang dat kan
Als snuisterij van toen
mag ik je
deze ruiker geven
met de bloemen van mijn leven
zij bloeiden op
kostbare momenten
zetten deze luister bij
gevat in het prille groen
van een fijne jeugd met
linten als snuisterij van toen
later felle kleuren
van de jong volwassenheid
niets had nog een vaste prijs
het diepe warm van wijsheid
verpakt het boeket dat ik nu
vol liefde in je handen leg
De botte bijl
mag ik aanschuiven vriend
of warm jij je alleen
aan het laaiende vuur
heb de blokken geteld
tot de aks bleef steken
in de knoest van je leven
in voortdurend klieven
kwam de sleur met
stapelen en spaanders
zij heeft jouw
noeste arbeid gestopt met
onneembare weerbarstigheid
weg met de botte bijl
benader haar met liefde
zodat splijten overbodig blijkt
leg haar jouw vuur
na aan voeten en schenen
in hartstocht zijn blokkades verdwenen
Weggelopen
Alleen nog maar geluk,
je dag kan niet meer stuk,
je zag de jongen van je dromen,
nu hoop je hem weer tegen te komen,
je zag hem daar weggaan,
hij zag jou niet staan,
en toch blijf je hopen,
dat hij weer langs zal lopen.
Dwalen in je lach
ik hoorde je stem
vaag de woorden
een wenk om mee te gaan
was de drempel al voorbij
gaf jou mijn vrijheid
in je onvoorwaardelijk volgen
jij ontsloot de wereld
in een nieuw beleven
enkel door jezelf te geven
geen terughoudendheid
met harde en zachte zijden
zonder obstakels te vermijden
mocht voluit genieten
en dwalen in je lach
op deze godvergeten dag
In bewegend poseren
ik heb
op water geschreven
zag in blauwdruk
de hand van de hemel
rimpelloos tekenden
wolken en zon
volmaakte natuur
in bewegend poseren
met tedere gebaren
wist ik mijn liefde
voor jou te verklaren
zonder de spiegel te klieven
een vlaagje wind
als getuige sloot af
met een speels golfjeshart waarin
geliefden zich naar elkaar buigen
Doddekoppie
doddekoppie,
dat ben jij van mij,
mijn hele liefste
lieveling,
ik wil je schrijven
hoeveel ik wel van je hou
nooit verdwijn je uit mijn
gezicht
je bent het helemaal,
zonder fout of rimpel.
ik bemin je lieverd.
Licht speelde langs rafels
het scheurde
deed niet eens pijn
licht speelde langs rafels
die niet meer gebonden zijn
een opening
naar ongekende verten
die hongerig werd benut
de rest was toch al stuk
het verval
was al van vele jaren
de wind van laat maar gaan
had alles geen goed gedaan
eindelijk kunnen
perspectieven komen
met panoramisch uitzicht
op de mooiste dromen
Weekend liefde
Zaterdag: wachtend,
op het berichtje: Ik ben er.
genietend van elkaar.
Denken en treuren al voor het moment van dag zeggen..
Zondag: is korter dan voorheen.
Zondagavond: hmm ik weet dat je moet gaan.
kussend en knuffelend stellen we uit.
Harten die nu nog samen kloppen.
Ik hak de knoop door.
Kom schat je moet echt door, voor je echt te laat thuis bent.
kus gevend naar elkaar starend..
Stapt ze in de lift
Naar haar ogen blijven kijkend tot de deur dicht is.
Ik doe de deur ook maar dicht.
Een kleine leegte sluipt men hart binnen.
Daar zit ik dan alleen
Heel de tijd denkend aan toen ze nog naast me zat.
Intieme vrijheid
jouw ogen spreken mijn taal
in een vreemde wereld
kwamen wij met gebaren nader tot elkaar
je lach bracht de sleutel van liefde
wij openden met de charme van vriendschap
in wederzijds herkennen van komaf
vertrouwdheid was de basis van ons samengaan
als wij spreken maken woorden zichzelf overbodig
in samen weten ligt begrijpen besloten
jouw gebaar toont al zin en doel
onze ego's bemerken ongekende ruimte
zonder zich te beperken in besluiten
alsof grenzen zijn verlegd
en intieme vrijheid is betreden waarin
ons bestaan meer is dan de som der delen
In maagdelijk betreden
de passen
op strand
ik heb ze geteld
meter voor meter
pas later
kwam dan je hand
verstrooid in
bijna vergeten
we stopten
bekeken de sporen
zo close omdat
niets ons kon storen
blikten vooruit
in maagdelijk betreden
ik in gebed
jij heel tevreden
Poema
zeker dertig jaren
verschillen ze in
leeftijd
de oude vrouw
in uitdagende jurk
op haar hielen haar
toyboy
men heeft nu een
naam voor deze dames
- Cougar -
ja, net als de poema....
denk nu niet omdat
La Paay
dit taboe graag wil
doorbreken
dat deze roofpoes iets
nieuws heeft bedacht
hoor
ik ken persoonlijk wel
van die vrouwen
“ oude meisjes “
en je hoeft heus geen
Madonna of La Paay
te zijn.
bespottelijk? och,
een kat in het nauw?
maakt rare sprongen.
Als attractie
je liefde
was stroperig
hongerig
verstrikte ik
in je web
gracieus
kwam je nader
dansend
op draden
zinnend op pret
je zoog
me niet leeg
maar verenigde
slechts genen
zodat leven bleef
als attractie
liet je mij
hangen om
nog meer prooien
te kunnen vangen
Je lachte ja
ik fluisterde
het is nooit of nu
toen wij onder
de paraplu in het
gutsend regenwater
huiswaarts liepen
je keek me aan
zag je ogen voorzichtig
heen en weer bewegen
gevoel nam ratio
eens goed de maat
in doorslag geven
je lachte ja
suste mijn gefluister
met een kus die het
hele universum sloot
toen ik dieper
in je mooie ogen dook
Gekleed in naturel
ik zie je staan
maar in het naderen
wijk jij steeds meer
van mij vandaan
je kleurt helder
in het grijs van
niet geziene vormen
eenvoud kent zijn prijs
waar anderen
woekeren met talenten
bloei jij doorschijnend fel
slechts gekleed in naturel
jij bent voor mij een
nimf in onbereikbaarheid
alleen schoonheid kent als
hoogste trede exclusiviteit
De rood gestifte mond
voorwaar ik idealiseer
de benen zonder haar
het kruidvat en de lont
de rood gestifte mond
t-shirts die als jurkjes vallen
strak en zonder zwier
alleen de wind
waait op in speels plezier
met het kleurig trippelen
op kingsize hakken laat je
ongemerkt de ander zakken
kijkt neerbuigend om
maar ik heb je herkend
jij bent in cool passeren
en toch heet vibreren mijn
splendid isolation monument
Gouden morgen ( 2009 )
de zon kleurde de bladeren van de bomen
sprookjesachtig mooi.
zijn ogen plaagden haar terwijl zijn lippen
haar zachte mond zochten.
een onvergetelijke zomer lang waren ze nu
samen. hij was niet langer onzeker dat ze
zich bij hem zou vervelen, na deze nacht vol
hartstocht, hadden ze samen deze morgen
begroet.
deze heerlijke oktober morgen... het voelde
méér dan goed. straks zouden ze er op uit
gaan... stráks, als ze op zouden staan.
hij nam haar in zijn armen, zoals het er uit
zag zou hij haar ook in de winter mogen
verwarmen.
Met aankomend geel
zij tokkelden
het groen van gras
rond de korenbloem
die diep blauw
gestreken werd door
het licht van de eerste viool
wind dirigeerde
in koper het rood van de loper
voor de ondergaande zon
maan reflecteerde
met aankomend geel
de al grijs roffelende trom
fluisterend besloten
kleur en muziek deze dag in de
donkere echo van de laatste paukenslag
Het lot in handen nam
ik zag
de stralende dag
maar telde traag de uren af
op het geraamte van verveling
minuten rammelden
hun knokige eentonigheid
met seconden zonder leven
op het afgekloven bot
tot jij kwam
het lot in handen nam
mij overrompelde
met je overwinnaarsblik
zonder strijd want jij schonk mij
wat ik een leven lang al miste
een toekomst waarvan wij
gelukkig nog niet alles wisten
Niets zo mooi
niets zo mooi
als je stem
die fluistert
liefste, liefste
zo sterk, zo
krachtig
zoals jij zelf
mijn baken in
de nacht
mijn man
die niet twijfelt
aan ons
die ik ongeremd
lief kan hebben
in de storm van
alledag