Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
De ziel
je tekent
zwart glijdt
potlood over
weerbarstig papier
nog geen
markante lijnen
maar de eerste
compositie ligt hier
ook de vlakverdeling
van donker en licht
brengt wat expressie
op het gezicht
de esoterische
sfeer roept om diepte
in een eerste aanzet
door verfijning met kleur
karakter en ervaring
zijn gezet voordat
magie voorzichtig de ziel
in de ogen heeft gelegd
De tweespalt
waar roze valt
in de tweespalt
van waken en
verder dromen
zijn dimensies
hun grenzen kwijt
er is niemand
die kijkt of past
op overtreding
allen zijn gelijk
op het prilste uur
van de nieuwe dag
als de nacht zijn
beelden in licht
heeft zien sterven
is de keuze vrij
tussen dromen
en werkelijkheid
meteen een wankel
moment in het
ambivalent bestaan
het echte gaan of
fictie die de dag
verder nog ontkent
Zonder zon van binnen
zwart spiegelden
gebroken ruiten
hun onbewoonde staat
in een straat waar
je de entropie van
uitgewoonde huizen
indringend rook
waar vroeger jeugd
in luidruchtig vertier
hun plezier zocht in
onschuldig kattenkwaad
hadden verval en
verloop van bewoners
de chaos versneld
migrant en
achterstand op alle
gebied schiepen geen
positieve mogelijkheden
om uit de vicieuze cirkel
van maatschappelijke
degeneratie te treden
gebedssnoer
en de hoofddoek
geven geen soelaas
in hun stil herinneren
het is vochtig en kil
mensen worden vroeg oud
zonder zon van binnen
Fingerspitzengefuhl
ik zag hoe
vlugge vingers
orde in een
chaos brachten
door natuurlijke
krachten hun
bestemming te wijzen
geen dwang of
verbale eisen
maar met
fingerspitzengefühl
problemen
naar de juiste
paden leiden
jij had ook de
innemende lach
die ontspanning
bracht in een grimmig
presteren waarbij
proberen vaak
het kortste einde had
uit niets toverde
jij het goede
gevoel van heerlijk
bezig zijn ieder
op dezelfde lijn in
samenspraak tot een
prachtig resultaat gemaakt
Kristallen
sierlijk dansen
de kristallen
op vlaagjes wind
voorbij mijn
raam waar
een enkeling
helaas zijn
einde vindt
in een
krampachtig
smelten
zie ik later
de druppels
glanzend naar
beneden snellen
op weg naar laag
wit laat
de bui zijn
sporen na
op weer een
maagdelijke aard
je hoort knispers
knappen als kou
langs kristallen gaat
Feodale proporties
zij kende
als geen ander het
kleuren onderscheid
dat jou bereid maakt
in haar verleiding
mee te gaan
nam liefjes
maar trefzeker
je hand om je
langs het pad
van zwoele
geuren te leiden
op voor jou
nog onbekend
terrein waar zij je
uitnodigde om
eindelijk eens
jezelf te gaan zijn
jij dacht hemel
al te kennen die in
evolutie tot ons komt
juist haar hel is
even wennen door
hitte die niet zont
door gestoei
is je ego ongemerkt
tot feodale proporties
gaan groeien ben jij
niet meer wie je was
ontdekt nu de waarheid pas
Sproetig gekleurd
ik zag je handen
bruin van de zomer
armen sproetig gekleurd
in je gulle lach blonk
de eindeloos lange dag
we liepen en
ontdekten de grote
wereld in volle groei
net na de lente in een
snelle spurt naar bloei
alles leek nieuw
groter dan voorheen
immens imponerend
alleen al door de formaties
van het eeuwenoude steen
wij voelden ons
nietig in het extreem
grote heelal door dat besef
ervaarden wij voorzichtig
een intense binding met al
Toren van babel
jij kende
alle talen
van de toren
uit babel
maar de
belangrijkste
was er maar een
die werd
niet gesproken
maar gespeeld
met alle inzet
van het hele lijf
begrepen worden
was de enige prijs
juist in het
non verbale
reikten jouw
talenten naar
het fenomenale
begrijpen van
emotie en compassie
jij regisseerde
het verbinden van
inzicht en begrip
in een elkaar
verstaan en vol
vertrouwen samen
aan het werk gaan
Jouw caleidoscoop
al het plezier
in je lach en
ogen is gelabeld
veilig geringd
en opgeslagen
in hun mooiste
herinnering
jouw caleidoscoop
vol liefde en warmte
maakt haar eigen
vorm en kleur
vol pure vrolijkheid
die ooit samen
intens is beleefd
jij bent wat je geeft
zonder misverstand
recht door zee
naar de havens van
hun harten om daar het
vredige thuis te bewaren
na lang samen varen
Alleen pluizen
zon groende
het bos van
kruin tot
het mos in
een samen
ontwaken
jij zette
voorzichtig de
bezem opzij
knapte wat
takjes om meer
snelheid te maken
jouw blote
voetengaan
liet geen
sporen na in
het zachtste
tapijt ooit
alleen pluizen die
wilden verhuizen
haakten aan
omdat heksen
alleen voor
vruchtbaar gaan
jij hebt mij
het bos laten zien
van mijn dromen
ik voelde mij klein
geloofde meteen
weer in sprookjes
Die interactie
jij stapte
op treden
die kleurden
lichter werden
naarmate jij
steeds hoger kwam
die interactie
liet jou zomaar
in het gewichtloze
verdwijnen zonder
dat jij er gekleurd
op had gestaan
zo is het ook met
je schreden gegaan
al ras nam
de snelheid toe
tot ook jij het niet
meer kon bijbenen
maar wel kon jij
uitstekend je
handen laten wapperen
zoals alleen dapperen
dat kunnen doen met
een lach en dikke zoen
Mist
langzaam
pakte de dikke
grijze mist mij in
ik kon nog net
mijn hand voor
ogen zien
in duizenden
lichtspikkels werd
het inkomend
licht gebogen tot
een feeërieke
schijn voor de ogen
er waren geen
geluiden meer
van buiten door
demping was de
wereld afgesloten
van het leven
de vochtigheid
benauwde mij
maakt het ademen
zwaarder waardoor
ik piepte en later
wat licht paniekte
nog zag ik de
grond tot ik een
stoeprand vond
om die te volgen
naar voor mij
bekend gebied
ik dwaalde
heb veel gebeden
maar herkende niets
meer uit verleden
tot ik eindelijk bij
de auto's kwam
mist had afgedaan
bangheid opgetrokken
de voordeur heb ik
dichtgedaan want ik
was uit de doden
helemaal zelf opgestaan
De hoedster
ik wist dat
jij de hoedster was
van vele goudgerande
schapenwolkjes
dat deze volkjes
het blauw als
leefgebied hebben
geadopteerd
samen met hun vriend
de wind die blind
vaart op wat jouw handen
hem hebben geleerd
jij opent in
het ochtendrood
waar de wol nog bol
staat van de warme nacht
pas als de zon
zich na de klim weer
hoger in de horizon
bevindt is de kudde paraat
jij met lach en
herdersstaf laat wind
de wolken breken zodat
de schaapjes kunnen eten
Mystiek van hiernaast
rustig draaiden
dromen je ogen
naar binnen
ontspanden spieren
in je gelaat tot een
vredig resultaat
nog krampte er
onrust waar de
balans zich nog
niet goed heeft
gezet naar het
feest in je geest
in later praten
vertelde je waar
jij was geweest
de deur van
hiernaast stond
uitnodigend open
jij bent naar binnen
gegaan in het toch al
bekende gebied
maar er hing een
andere mystiek door
vreemde contacten
het was niet eigen
maar zonder dreigend
te zijn voelde jij
je daar niet welkom
zij draaiden wereld en
waarheid een halve slag om
Vuur van de zon
in donkerrood
warmde zich de
eeuwenoude stenen
muur met het
vuur van de zon
met kruimels
cement had zich
het minuscule leven
al jaren verwend in
krenterige symbiose
zij kende de kleur
van seizoenen wist dat
wind met stormachtige
vlagen haar bloempjes
tot toekomst zouden maken
jij hebt met de wallen
gesproken en stukjes
geschiedenis opgedoken
uit hun lange reeks contacten
met vreemde passanten
zij hebben weet van
vele generatie die met
hun handen verbanden
uit hun gezamenlijk dna
hebben blootgelegd
sinds ervaringen ook
3d gezien kunnen worden
zijn holografische
geschiedschrijvingen de
goudmijn van de eeuw
Het ogenspel
nog lang
zweemde de lach
rond je mond
toen jij met de
kleine had gedold
vuistjes met
vingertjes bolrond
onderstreepten
ook met de
mond zijn plezier
het ogenspel was
fenomenaal snel
joeg de hoogste
tonen onverwacht
in jullie lach
om dan rustig
uit te golven en
te wachten op de
volgende vloed die
nog veel hoger moet
De scenes
nietszeggende
woorden laten
we gaan wij kunnen
elkaar verstaan
over en weer
begrijpen zonder
misverstand in
lichaamstaal
toch spiegelen
wij niet op
hetzelfde gebeuren
vergelijkbaar verdriet
het raken zit
in de diepste
contacten die
herinneringen maken
in het toentertijd
beleven is onze
referentiematrix
goeddeels geschreven
juist uit die
kaders spelen wij
elkaar beelden toe
de scenes zeggen genoeg
Vage woorden
wind lispelt
vage woorden
door het schaarse blad
zij zijn nog
uitverkoren om de
boodschapper te horen
als dadelijk ook op de
schoongeveegde grond
de mededeling komt
jij lacht en ziet
takken driftig zwiepen
in hun schrijverij
net als het blad horen
zij er in samenspraak
ook helemaal bij
ik zie jou de stammen
met liefde omarmen
voor gezamenlijke hugs
de winter moet nog
komen maar jouw warmte
belooft hen al mooie dromen
Het gezonde kleurtje
ik voelde jouw
vingers langs mijn
huid glijden de
kleine stops in
het even verwijlen
voor intensiever contact
je volgde
de wegen van
wind en de zon
raakte reacties
die bruinend
gezondheid gaven
ogenschijnlijk
bleek de verdediging
goed maar onder de
huid verscheen de
kleine sproet zij
hoorden daar niet thuis
de schraalheid
van wind en
heldere luchten
brachten de zomer aan
huis maar alleen met
een goed beschermde huid
Buigzaam
vaak heb jij
de aarde gekust
maar ik heb je
nooit zien breken
buigzaam onder
storm en lieve lust
want iedereen
mocht alles weten
je groeide naar
een knipogende zon
maar hebt je afkomst
nooit verloochend
jij was meer dan
mijn rots in de branding
ik strandde dan ook
in hemelse verwachting