Thuis

bij u, here, ben ik thuis.
ik weet dat het daar goed is
hier, waar ik woon, ben ik niet thuis
hier voel ik me vaak zo zwak
's avonds voel ik me nog het beste
dan kan ik op mijn kamer zitten en computeren
fijn te weten dat we eens thuis komen
in een huis waar we gelukkig zullen zijn
de wereld zal mooi worden, heel mooi
met fantastische kleuren
en uw lieve aanwezigheid
voor alle gelovigen
de ongelovigen die niet luisteren
naar uw woord zullen het zwaar krijgen
ja, dat staat allemaal in uw woord.
we mogen blij zijn dat we in u geloven
en de uitkomst wonderbaarlijk zal zijn.
dank u wel, vader.
kom nu...